Hennie Meijer schildert volop na jarenlange acties voor Villa Pardoes

Kaatsheuvel - Jarenlang zamelde Hennie Meijer spullen in voor Villa Pardoes. Nu is het tijd om gas terug te nemen voor de Kaatsheuvelnaar.

Uit de woonkamer van Hennie Meijer aan de Vogelenzang klinkt rust­gevende muziek. Meijer (57) zit rustig te werken aan zijn nieuwste schilderij: ‘Het Paleis van Bosrijk’. De wanden van zijn huiskamer zijn behangen met schilderijen van het nieuwe vakantiepark van de Efteling. „Daar heb ik nu tijd voor, want ik ben helemaal ge­stopt met de rommelmarkten voor Villa Pardoes”, klinkt het resoluut. Het is twee maanden geleden dat Meijer werd getroffen door een tia. De artsen adviseerden hem om het rustiger aan te gaan doen. Deze raad heeft hij opgevolgd. Van­af 1990 heeft hij spullen ingeza­meld en organiseerde hij rommel­markten. De opbrengst ging naar Villa Pardoes.

De laatste jaren had hij zelfs een winkeltje in zijn berging. In de af­gelopen twintig jaar zamelde hij ruim 75.000 euro in voor het va­kantieverblijf voor zieke kinderen in Kaatsheuvel.

Volgens Meijer heeft de directeur van de ‘ Villa’ alle begrip voor zijn beslissing. Maar helemaal stoppen kan hij niet.

„De opbrengst van de inzameling van lege flessen gaat nog steeds naar Villa Pardoes”, zegt de ont­spannen ogende Meijer.

Sinds kort verblijft hij twee dagen per week bij Zorgboerderij Ora et Labora in ’ s Gravenmoer. „ Dat heeft Prisma geregeld en dat bevalt me prima.”

Naast het schilderen en fotografe­ren heeft Henny een andere bezig­heid gevonden. Wijkcoördinator René Pagie van het teamWijkge­richtWerken heeft hem gevraagd of hij het papier van de speeltuin­tjes in Kaatsheuvel wil prikken.

„Dat doe ik heel graag. De jeugd hangt zelfs lege flessen voor me in plastic zakken klaar”, klinkt het trots. Meijer heeft nog één grote wens: Hij wil zijn schilderijen graag expo­seren in de ‘Rode Loper’.

Deze wens gaat ook in vervulling.In september is zijn werk te be­wonderen in de 'Rode Loper' in Kaatsheuvel

Nieuwe werken van Bosrijk ko­men er niet meer bij, omdat de Kaatsheuvelse bezoekers niet ver­der mogen komen dan het restau­rant. „Ik hoop dat ze nog een keer een uitzondering maken”, hoopt Meijer. „Want de natuur is daar prachtig.”