Rekenkamer kritisch over Loons jeugdbeleid

Kaatsheuvel - De rekenkamer vindt het de behaalde resultaten van het jongerenbeleid over de jaren 2005 – 2007 mager. “Het college heeft een aantal zaken zoals de Visie op Jeugd goed en doordacht opgezet. Maar het grootste knelpunt ligt volgens de rekenkamer in het niet beschikbaar stellen van extra middelen voor de Raad, waardoor het college beleid heeft geformuleerd zonder dat hiervoor extra middelen beschikbaar waren. Ook zijn interne notities door de ambtelijke organisatie niet of met grote vertraging opgesteld en heeft de Raad zich grotendeels afzijdig gehouden en dus niet ingegrepen, mede omdat het College hen niet tijdig en niet tijdig geïnformeerd heeft”, zo schrijft de rekenkamer in haar eindrapport over het jeugd- en jongerenbeleid in de gemeente Loon op Zand en dat maandagavond aan de leden van de commissie Welzijn aangeboden werd. De rekenkamer bepleit ook om de landelijke oproep van commissie van Eijk te volgen, om één wethouder aan te stellen voor jeugdzaken. Wethouder Wil Ligtenberg (LLoZ) houdt zich bezig met Wim Aussems houdt zich bezig met Jeugdzorg en wethouder Aussems (Gemeentebelangen) doet het overige jeugdbeleid. Het college neemt de kritiek van de rekenkamer ter harte maar schrijft dat ze verheugd is te lezen dat de rekenkamer heeft vastgesteld dat er een degelijke beleidsvoorbereiding heeft plaatsgevonden. Ze voegt daaraan toe dat in 2005 de er in de gemeente sprake was van financieel moeilijk vaarwater. “Door ombuigingsoperaties was weinig tot geen ruimte”. Volgens het college staat wijkgericht werken hoog op de politieke agenda en is dit in hun visie het aangrijpingspunt om jeugdparticipatie vorm te geven. De gemeente wil met partners als politie, welzijnsinstellingen en woningbouwcoöperatie in gesprek raken met buurtbewoners. De jeugd mag daarin niet vergeten worden: wat kan er op wijkniveau beter voor de jeugd, aan welke voorzieningen bestaat behoefte, hoe kan de jeugd gemobiliseerd worden om in eigen wijk activiteiten te organiseren. Volgens het college zal vooraal het opbouwwerk zal hierin een verbindende rol moeten gaan vervullen.