Tilburg betaalt ex-wethouders 2,2 ton

Kaatsheuvel - De gemeente Tilburg betaalt in 2010 ruim 226.000 euro aan wachtgeld aan voormalige wet­houders. Ook de burgemeesters van Loon op Zand en Oisterwijk ontvangen nog elke maand aan­vullingen. Hans Janssen wil ervan af, Wim Luijendijk niet.

Acht voormalige wethou­ders van de gemeente Tilburg krij­gen dit jaar samen ruim 226.000 euro aan wachtgeld. Dat blijkt uit een overzicht dat de gemeente heeft gemaakt op verzoek van RTL Nieuws, maar waarover ook deze krant beschikt. Het grootste be­drag gaat naar Gon Mevis, die na de gemeenteraadsverkiezingen in maart een punt zette achter zijn loopbaan als wethouder.

De Groenlinkser ontvangt maan­delijks bruto 7548,66 euro. De ge­stopte parttime-wethouders Paul Huijgen en Johan van den Hout ( beiden SP) krijgen ieder 3611,22 euro. Els Aarts (CDA) ontvangt maandelijks 3218,56 euro.

Opmerkelijk: PvdA’erWim Luijen­dijk en CDA’er Hans Janssen krij­gen nog aanvullingen op hun inko­men als burgemeester van respec­tievelijk Loon op Zand en Oister­wijk. Voor Luijendijk, al acht jaar geen wethouder meer, is dat 1310,18 euro bruto per maand, Jans­sen krijgt maandelijks nog 117,22 vanuit Tilburg bijgeschreven.

Voormalig PvdA-wethouder Hugo Backx laat zijn salaris als directeur van de GGD Hart voor Brabant per periode aanvullen met 418,94 euro.

Wim Luijendijk heeft recht op het wachtgeld tot zijn 65ste, want hij was ouder dan vijftig en langer dan tien jaar in functie toen hij in 2002 stopte. „Ik had bij wijze van spreken ook niets kunnen doen. Maar ik ben al gedeputeerde ge­weest bij de provincie. Als burge­meester heb ik nu inderdaad meer zekerheid, en natuurlijk heb ik een riant inkomen waarmee ik ge­noegen zou kunnen nemen. Maar zolang regelingen zo zijn, zie ik geen reden persoonlijk afstand te doen van waar ik recht op heb.”

Hans Janssen heeft na 2,5 jaar on­langs wél de gemeente Tilburg ver­zocht zijn laatste restje wachtgeld per 1 januari stop te zetten. „Het gaat om een bijdrage aan mijn pen­sioen- opbouw. Die ga ik zelf op mijn kap nemen, ook om van vra­gen hierover af te zijn. Want je weet dat die een keer zullen ko­men.”

Bron: Brabants Dagblad